Wie begint aan de Argentijnse Tango komt als het ware terecht in een fabriek.
Hengelo met al zijn metaalfabrieken en bedrijvigheid vormt dan ook een uitgelezen plaats om aan de tango te werken. Want we kunnen de tango vergelijken met een fabriek waarin mensen samenwerken aan een wel heel bijzondere machine. Die machine beweegt in een soepele, ja zelfs elegante cadans. Alle dansers bouwen als arbeiders aan goed geoliede bewegingen.
We hebben bedacht dat we de danslessen in deze tangofabriek dan ook werkplaatsen noemen. Dat zijn bijeenkomsten voor iedereen in Hengelo, oud en jong, klein en groot, man en vrouw. En ook voor hen die uit Twente of zelfs verder mee willen doen.
Waarom werkplaatsen?
Vooral omdat we deze dans leren door elkaar in groepen te helpen er iets moois van te maken. Steeds soepeler bewegen op muziek die ons uitnodigt om samen de Argentijnse tango te ontdekken. We zullen merken dat het niet eens zo moeilijk is om ons deze dans eigen te maken. De argentijnse tango begon ooit in Buenos Aires bij de groepen immigranten die er als meer of minder geschoolde arbeiders vanuit vooral Italië terechtkwamen. Het was in beginsel geen dans voor de elite – dat kwam pas een eeuw later, in Europa, bij de stijldanstango die er wat stijfjes op gebaseerd is. Nu werd er in het gebied van de Middellandse zee wel wat anders gedanst dan in Twente – maar ook hier vervult dansen wel degelijk een menselijke basisbehoefte.